Terreurproces kan voor gezag als boemerang terugslaan

De veroordeling van zeven jongeren tot zware straffen op verdenking van plannen om de staat omver te werpen, houdt de gemoederen in Rusland bezig. Het proces in Penza vond achter gesloten deuren plaats, de bewijsvoering overtuigde niet en bekentenissen zouden met marteling zijn verkregen. De Netwerk-zaak kreeg nog een onfrisse wending, nu blijkt dat twee jongeren zijn vermoord. Het is puur Dostojevski, schrijft cultuurcriticus Andrej Archangelski.

proces penze 2De zeven jongeren die in Penza tot zware straffen zijn veroordeeld. Foto 7x7

door Andrej Archangelski

Rusland is inmiddels gewend aan politieke processen, maar de Netwerk-zaak (de ‘Penza zaak’, vanaf 2017) is op dit moment het meest spraakmakend; de kwestie heeft zelfs ‘de Moskouse rechtszaak’ overschaduwd [hierin werden draconische straffen geëist tegen deelnemers aan de demonstraties in de zomer van 2019, red.]. Een zevental dat figureert in Netwerk - Maksim Ivankin, Vasili Koeksov, Michail Koelkov, Dmitri Ptsjelintsev, Arman Sagynbajev, Andrej Tsjernov en Ilja Sjakoerski - is in februari 2020 al schuldig bevonden en veroordeeld tot forse gevangenisstraffen van 6 tot 18 jaar. Het proces tegen leden van Netwerk in Sint-Petersburg (Viktor Filinkov en Joeli Bojarsjinov) is nog aan de gang. Netwerk zelf is tot terreurorganisatie verklaard en in Rusland verboden (in de Russische media dient elke vermelding van Netwerk vergezeld te gaan van deze frase).

Volgens de FSB beraamden ‘leden van de organisatie een gewelddadige omverwerping van de macht met behulp van strijdgroepen’, zowel in de hoofdsteden als in de regio Penza (waar de organisatie werd berecht). De aanklacht benadrukt dat er bij de leden wapens zijn aangetroffen: enkele pistolen, twee granaten, een geweer, en tevens bestanddelen voor een explosief van eigen fabricaat. De leden wordt ten laste gelegd dat ze meermalen veldoefeningen ondernamen –  ze reden naar de bossen  vlakbij Penza voor trainingen (de verdachten zelf zeiden dat ze airsoft speelden). In 2017 was er volgens de aanklacht een vergadering van Netwerk in een huurappartement in St. Petersburg.

De deelnemers wordt voorbereiding van terroristische aanslagen ten laste gelegd, maar het dossier bevat hierover geen feitelijk bewijs: niet over tijdstip, plaats, methode, motief, aard, omvang of schade van de gepleegde misdaad. Er staan alleen vage formuleringen in het dossier: ‘Op een niet nader gespecificeerde plaats, op een niet nader gespecificeerde tijd, onder niet nader gespecificeerde omstandigheden, samen met niet nader gespecificeerde personen, gemotiveerd door een anarchistische ideologie, waren ze van plan iets te beramen’ (zo staat het in de akte van beschuldiging). Een deel van het bewijsmateriaal is vervalst en de advocaten houden vol dat de wapens die tijdens de huiszoekingen werden gevonden er waarschijnlijk met opzet zijn neergelegd.

Anarchisten

Volgens het gerechtelijk onderzoek gaat het om een groep anarchisten. Het grote publiek maakt uit zo’n verhaal al meteen op dat het niet om hoofdstedelijke, liberale nerds gaat, maar om een provinciale, ideologische sekte - waar je dus geen medelijden mee hoeft te hebben. Het anarchisme wekt in Rusland geen massaal medeleven (in tegenstelling tot bijvoorbeeld het communisme in zijn Sovjetvariant). Maar wie bekend is met de Russische geschiedenis valt de treffende gelijkenis op die dit proces vertoont met geruchtmakende rechtszaken uit de 19e en 20e eeuw.

Alsof iemand speciaal al wat populair en het meest tot de verbeelding spreekt in één zaak heeft ondergebracht: een geheim genootschap, een samenzwering en jongeren (onlangs nog ging de Russische film Sojoez Spasenië [Heilsverbond] in roulatie, over het geheime genootschap van de Decembristen in 1825). De Netwerk-zaak lijkt op een mix van de Petrasjevski zaak uit 1849 (een van de verdachten was Fjodor Dostojevski, de wereldberoemde schrijver) en de processen tegen anti-stalinistische jeugdorganisaties in de vroege jaren vijftig. Fans van Dostojevski zullen zich ook de roman Demonen herinneren. Deze filmische kwaliteiten van de Netwerk-zaak dienen waarschijnlijk de suggestie te wekken dat 'de geschiedenis zich herhaalt' (of wordt hij speciaal herhaald?), en niet ten gunste van dromers.

Ten slotte is er de leeftijd van de verdachten - de meeste van hen zijn nog heel jong, niet ouder dan 25 jaar. Samen met andere rechtszaken als ‘Novoje Velitsjië’ [Nieuwe Grandeur: een volgens critici gefabriceerde strafzaak tegen een groep jongeren die beschuldigd zijn van ‘extremisme’ – red.] en de ‘Moskouse rechtszaak’ vormen deze zaken één tegen jongeren gerichte trend. In 2018 zond de regeringsgezinde zender NTV twee documentaires over de zaak uit: geheel in de propaganda-traditie werd Netwerk  ook beschuldigd van banden met Oekraïense radicalen en activiteiten in dienst van westerse landen om Rusland in diskrediet te brengen.

Marteling

Als een proces zich niet in een van de hoofdsteden, Moskou en Petersburg, maar in andere regio's afspeelt, zoals bijvoorbeeld in Penza, spreekt het maar weinig mensen aan. Daarom was de belangstelling aanvankelijk matig: de meeste burgers hoorden pas van de zaak toen het proces al was begonnen. Waarschijnlijk was het publiek er onverschillig onder gebleven als er niet zulke enorme gevangenisstraffen waren opgelegd: niet eerder werden leden van een clandestiene beweging in Rusland zo zwaar gestraft, het wekte herinneringen aan de tijd van Stalin. De meeste verdachten trokken hun bekentenissen in en verklaarden dat ze onder marteling (waaronder stroomstoten) of dreiging met marteling waren afgedwongen, en gingen vervolgens in hongerstaking. In een brief aan Poetin hebben ouders van de verdachten in de Netwerk-zaak het over ‘in elkaar slaan, ondersteboven ophangen en marteling met stroomstoten’.

Het sleutelwoord in de zaak Netwerk werd dus ‘marteling’. Op 11 december 2018, tijdens een vergadering van de Adviesraad voor Mensenrechten, vertelden journalist Nikolaj Svanidze en (inmiddels voormalig) hoofd van de Adviesraad Michail Fedotov, aan president Poetin dat tegen de verdachten in de Netwerk-zaak gebruik is gemaakt van martelmethodes. Bij het woord 'marteling' denkt de Russische bevolking meteen aan de traumatische ervaringen onder het stalinisme, waarvan de valse bekentenissen, die met fysiek geweld werden afgedwongen, het symbool werden. Juist het afwijzen van marteling na de dood van Stalin (1953) werd tot een soort sociaal contract in de USSR. Het blijkt nu dat dit belangrijke contract tussen samenleving en overheid is geschonden. Ook dat gaf aanleiding tot publieke verontwaardiging.

Reddingsacties

De Russische samenleving weet inmiddels dat er maar één manier is om iemand die onrecht wordt aangedaan te redden -  er ruchtbaarheid aan geven. Zo ging het in de zaak Goloenov [de onderzoeksjournalist die in juni 2019 onder maatschappelijke druk werd vrijgelaten, red.] en met recente demonstraties. Dat is al traditie en een maatschappelijke norm aan het worden. Ter ondersteuning van de verdachten van Netwerk werden in Moskou aanvankelijk regelmatig eenmansacties gehouden. Tegelijk werden er open brieven gepubliceerd van diverse beroepsgroepen: artsen, leraren, mensen uit de culturele sector – er zijn tientallen van dergelijke brieven.

demonstrant penzaVrouw demonstreert met tekst 'Vandaag hebben ze door marteling hun bekentenissen verkregen, morgen krijgen ze de jouwe!' Foto rechtenvrij

Er verschenen ook nieuwe vormen van steunbetuiging: op 7 februari gingen in heel Rusland onafhankelijke boekhandels in staking met als eis: herziening van de vonnissen in de Netwerk-zaak. De boekverkopers verklaarden: ‘Hoe kan men stralende, eeuwige, goede boeken verkopen als er mensen gemarteld worden?’ Ook leiders van de parlementaire oppositie, Gennadi Zjoeganov (communisten) en Sergej Mironov (sociaaldemocraten), spraken over de onrechtvaardigheid van de vonnissen. Zelfs regeringsgezinde lieden namen het op voor de beklaagden in de Netwerk-zaak: de leider van rockband ‘Alisa’, Konstantin Kintsjev, droeg bijvoorbeeld een lied aan hen op. 

Journalistiek onderzoek

Terwijl de golf van protesten aanzwol, kreeg de affaire een nieuwe, onvoorziene impuls. De onafhankelijke nieuwssite Meduza heeft in een eigen onderzoek melding gemaakt van de betrokkenheid van meerdere Netwerk-verdachten bij de moord op twee mensen (er zouden getuigen uit de weg zijn geruimd) en drugshandel. Dit onderzoek heeft de publieke opinie sterk verdeeld. Degenen die verontwaardigd zijn over het hardvochtige vonnis beschuldigen Meduza ervan 'voor de autoriteiten te werken'. Men vreest dat door de nieuwe informatie de morele steun voor de leden van Netwerk zal afnemen. Daarnaast verwijt men Meduza dat het onderzoek niet objectief is (het bewijs berust op de verklaring van een enkele getuige). Meduza benadrukt zelf dat het onderzoek gedegen moet worden gecheckt.

Degenen die Meduza verdedigen menen dat politiek engagement objectiviteit niet in de weg mag staan: waar blijf je met je democratie als je sommige feiten accepteert en andere negeert? De publicatie gaf aanleiding tot een discussie over journalistieke ethiek: heeft een journalist het recht te schrijven over nieuwe omstandigheden in een rechtszaak als hij daarmee de verdachten schade kan berokkenen? Als bovendien het officiële onderzoek ongeloofwaardig overkomt?

Advocaten eisen openbaar proces 

Ondertussen maakt de staatstelevisie gebruik van het Meduza-onderzoek om de handelwijze van de siloviki [vertegenwoordigers van de machtsorganen, red.] te rechtvaardigen. Maar de door Meduza aangedragen informatie dat het OM bekend was met de feiten over de twee moorden versterkt het wantrouwen tegen de justitiële organen. En tegen de verwachting nam de publieke belangstelling voor de affaire niet af maar begon te groeien. Voor het eerst in de recente geschiedenis van Rusland hebben juristen en advocaten zich over een rechtszaak uitgesproken: vanwege de enorme weerklank in de samenleving eisen ze een openbaar proces. De rij mensen die een zitting van de Netwerk-zaak in Sint-Petersburg (op 25 februari) wilden bijwonen strekte zich over een heel huizenblok uit. De hoofdredacteur van nieuwssite Mediazone, Sergej Smirnov, meent dat juist vanwege de toegenomen publieke belangstelling de zitting naar de volgende dag werd verzet.

viktor filinkovViktor Filinkov, een van de verdachten die terechtstaat in St. Petersburg. Foto rechtenvrij

Zoals we zien heeft de publicatie van Meduza de belangstelling voor de zaak alleen maar vergroot en niets veranderd aan de belangrijkste maatschappelijke eisen in verband met Netwerk: een verbod op onwettige onderzoekspraktijken, onpartijdig onderzoek en een openbaar proces.

Los van het proces zelf gaat het historisch gezien om meer dan zomaar een strafzaak. Het is alsof de geschiedenis dezelfde plaat op zet. Twee geruchtmakende processen die destijds een kentering hebben teweeggebracht in het bewustzijn van Europeanen en Russen - de Dreyfus-affaire uit 1894 en de Beilis-affaire uit 1913 [een beruchte rechtszaak in Rusland met valse beschuldigingen tegen de jood Beilis, red.] - zijn ook verschillende keren heropend toen er nieuwe feiten aan het licht kwamen. In dat opzicht begint de Netwerk-zaak te lijken op een 'proces van de eeuw', aangezien hetzelfde gebeurt als met andere belangrijke maatschappelijke processen: de zaak heeft op steeds weer nieuwe mensen een magnetische uitwerking. Dergelijke processen houden het land een spiegel voor: ze herinneren ons eraan dat bepaalde basisprincipes van het leven zijn aangetast, ze wijzen op een zieke samenleving waar geen enkele overheidsinstelling vertrouwen geniet, en waar de waarheid wordt vastgesteld niet door feiten en bewijzen, maar op basis van meningen.

De Russische autoriteiten houden tegenwoordig natuurlijk rekening met het media-effect van elke rechtszaak: in eerste instantie had de Netwerk-zaak waarschijnlijk elk maatschappelijk activisme de kop in moeten drukken. Maar nu de kwestie zoveel stof doet opwaaien, kan het proces voor het gezag als een boemerang gaan werken. Het herinnert ons nu aan het gebrek aan politieke diversiteit, aan hoe onvrijheid normale menselijke reacties deformeert. Hoe kunstmatige inperking van de vrijheid uiteindelijk leidt tot marginalisering van de samenleving. Als het land een normale oppositie had gehad, zouden mensen de politiek openlijk en publiekelijk kunnen bespreken en bekritiseren, het zou niet bij jongeren opkomen er in het geheim over te spreken, zoals de politicologe Jekaterina Sjoelman schrijft.

Angst voor de jeugd, angst voor de toekomst

Bij dit proces lijkt het ook of de angsten van de Russische autoriteiten zelf zichtbaar worden. Als het politieke veld volledig onder controle is, gaat het gezag angst ontwikkelen voor vijanden die niet reëel, maar fictief zijn. De autoriteiten eisen van de veiligheidsorganen dat ze  geheime vijanden zoeken - en uiteindelijk moeten die worden verzonnen. Dit proces laat zien dat ze vooral bang zijn voor jongeren en in wezen de toekomst zelf vrezen. De Russen van 25 jaar of jonger zijn geboren en getogen na de val van de Sovjet-Unie en het failliet van de ideologie; ze hebben andere instincten, een ander wereldbeeld. Het zijn niet langer sovjetmensen, de autoriteiten weten niet hoe ze hen onder controle moeten houden: daarom ziet ze hen als de grootste bedreiging.

Aanvankelijk had het proces een les moeten zijn voor jongeren, hen ervan moeten doordringen dat 'jong zijn niet zonder gevaar is'. De strenge straf moest de rest een gevoel geven van hopeloosheid en irrationele angst. De publieke belangstelling voor de zaak leidde echter tot een ander resultaat: veel meer mensen dan gepland kwamen over het proces te weten; en vernamen dingen die ze niet hadden moeten weten, zoals over marteling. Daarmee is de wet van de grote getallen een rol gaan spelen en kan deze massale aandacht voor de autoriteiten tot volstrekt onvoorspelbare resultaten leiden. 

Wekelijkse update?

Iedere donderdag uitgelichte artikelen in uw mailbox

Eerst doorlezen? U kunt zich ook later aanmelden via de home pagina.

Als u in uw browser de cookies blokkeert, ziet u deze popup steeds weer. Daarvoor excuus.