Voorkomen is beter dan berechten: meer steun voor Oekraïne

Rusland heeft met zijn agressieve aanval op Oekraïne bewezen het bestaansrecht van het buurland te ontkennen en de internationale rechtsorde te willen ondermijnen. De rancuneuze oude mannen die de macht hebben in Moskou schenden niet alleen het oorlogs- en internationaal recht, maar plegen ook genocide, zegt Ton Zwaan, tot voor kort universitair hoofddocent ‘sociale wetenschap en genocidestudies’ bij het NIOD en de Universiteit van Amsterdam. 

oekraine tsjoehoeivReddingswerkers bergen een omgekomen vrouw na de Russische beschieting van een buurthuis in Tsjoehoeiv (foto Maria Avdejeva)

door Ton Zwaan

Nadat zegslieden van de Russische en Wit-Russische regimes wekenlang om het hardst ontkend hadden dat het de bedoeling was, kwam het in de vroege morgen van 24 februari van dit jaar dan toch zover. Russische raketten kwamen neer op Oekraïense steden en op tenminste zes verschillende plaatsen in het noorden, het oosten en het zuiden van Oekraïne overschreden Russische troepen, naar schatting een invasiemacht van zo’n 120.000 man, de grenzen.

In het noorden faciliteerde Belarus het begin van de agressieve Russische invasie en oorlog tegen een land dat al ruim dertig jaar een onafhankelijke en soevereine staatssamenleving is. Intussen duurt de oorlog vijf maanden, heeft de aangerichte destructie en ontwrichting zeer aanzienlijke  proporties aangenomen en is een vijfde deel van Oekraïne bezet. Momenteel wordt volop gespeculeerd over het verdere verloop. Zou het nog een jaar zo doorgaan, twee jaar of langer? Moet lijdzaam gewacht worden tot de helft van het land bezet is of tot Georgië en Moldavië ook worden aangevallen, of is het tijd voor andere maatregelen?   

Het kleine groepje rancuneuze oude mannen in Moskou dat de oorlog in het geheim heeft beraamd en voorbereid en op 24 februari ontketend heeft, heeft daarvoor drie doelen genoemd: ‘demilitarisering’, ‘denazificatie’, ‘beëindiging van genocide op Russen in het oosten van Oekraïne’. Deze drie doelen zijn politiek en militair-strategisch in hoge mate onrealistisch en irrationeel, en volkomen ongeloofwaardig.

‘Demilitarisering’ van een groot land – Oekraïne is groter dan Frankrijk en telt meer dan 40 miljoen inwoners – is niet mogelijk en altijd onwenselijk. Het doel van ‘denazificatie’ is absurd: in Oekraïne zijn geen nazi’s aan de macht, maar een wettig gekozen parlement en een regering onder leiding van een legitiem gekozen president. Extreemrechts behaalde bij de laatste algemene verkiezingen nog geen 2 procent van de stemmen, wat bepaald gunstig afsteekt bij de electorale successen van extreemrechts in een aantal andere Europese landen. Voor de veronderstelde ‘genocide in het oosten van Oekraïne’ is nooit een spoor van bewijs geleverd, noch door het Russische regime, noch door enige andere regering of NGO.

Wat zijn de drijfveren?

Wat zijn dan de werkelijke drijfveren van het huidige Russische regime? Een kleine historische terugblik kan verhelderend zijn. Het Russische imperium – ‘Rusland’ – is vanaf de vijftiende eeuw ontstaan vanuit een kerngebied rondom Moskou. In een zeer lange reeks oorlogen van verovering en kolonisering van omringende gebieden groeide het in alle windrichtingen uit tot een formidabel, gecentraliseerd militair-agrarisch rijk van kolossale afmetingen.

Die enorme expansie is in de laatste paar eeuwen gepaard gegaan met de ontwikkeling van een mentaliteit en ideologie van Groot-Russisch imperialisme en nationalisme. Die mentaliteit en ideologie zijn richtinggevend geworden en gebleven voor de opeenvolgende Russische politieke en militaire elites. Dat gold voor het Russische rijk onder de tsaren en vervolgens voor de communistische Sovjet-Unie, tot die eind jaren tachtig, begin jaren negentig van de twintigste eeuw ten einde kwam.

oekraine bombardementenIn heel Oekraïne richten de Russen ravages aan

De huidige Russische machthebbers, allen opgegroeid en gevormd in de late Sovjettijd, zijn diepgaand getekend door deze ideologie en mentaliteit. Dat het immense imperium en de vanzelfsprekendheid van de Groot-Russische politieke en culturele dominantie en de ingebeelde superioriteit van weleer definitief voorbij zijn, kunnen zij niet verkroppen. Dat Oekraïne een onafhankelijke en soevereine staat is geworden, met een eigen dynamische samenleving en een complexe eigen cultuur, kunnen ze niet erkennen.

Dat de ingebeelde superioriteit van weleer definitief voorbij is kunnen de Russische machthebbers niet verkroppen

Het dreigen met massaal geweld en het daadwerkelijk gebruiken van omvangrijk destructief geweld binnenslands en buitenslands zijn al heel lang kenmerkende en dominante onderdelen van de Russische politieke traditie. In de Russische politieke cultuur is het gebruik van geweld geen ultima ratio, een laatste middel om een conflict te beslechten wanneer alle andere middelen gefaald hebben, maar een geprefereerd middel om politiek mee te bedrijven, waarbij het recht van de sterkste de doorslag geeft.

Dat is ook nu het geval: het huidige Russische regime meent dat Oekraïne als onderhorig landsdeel en kolonie van voorheen opnieuw onderworpen dient te worden. Onder draconische aanscherping van de binnenlandse repressie teneinde elke kritiek en elk mogelijk protest in de kiem te smoren, heeft het daartoe massaal geweld tegen Oekraïne ingezet.

Er wordt veel gespeculeerd over strategische doelen van het Russische regime – het veilig stellen van de Krim, het scheppen van een landbrug naar de mini-volksrepubliekjes in het oosten, het veroveren van de Donbas – maar het overkoepelende oorlogsdoel van het regime is onmiskenbaar het volledig ongedaan maken van de Oekraïense onafhankelijkheid en soevereiniteit, het uit de weg ruimen van de wettige regering van Oekraïne, het installeren van een pro-Russisch bewind en het inlijven van Oekraïne bij de Russische federatie. Een zuiver reactionair doel.

Verzonnen 'militaire dreigingen'

In weerwil van de aanhoudende Russische propaganda is van Oekraïne in de afgelopen dertig jaar nooit enige reële militaire dreiging uitgegaan voor de Russische federatie. Integendeel, ook na de wederrechtelijke en met geweld afgedwongen annexatie van de Krim in 2014 door Rusland en de gewelddadige vestiging onder Russische regie van de twee mini-‘volksrepublieken’ van Donetsk en Loehansk in 2014 en 2015 binnen het wettige territorium van Oekraïne, heeft het land zich wijselijk goeddeels onthouden van grootschalige gewelddadige tegenmaatregelen.

poetin en sjojgoePoetin met zijn minister van Defensie Sjojgoe (foto Kremlin)

Ook de NAVO vormde en vormt geen realistische bedreiging voor de veiligheid van de Russische federatie. De NAVO heeft de afgelopen halve eeuw juist bijgedragen aan het beheersen van spanningen tussen staten in Europa en het bewaren van de internationale stabiliteit, wat ook in het voordeel is van de Russische federatie. Rusland is in hoog tempo doende de betrekkingen met de rest van Europa te slopen, maar het land heeft in feite groot belang bij goede betrekkingen met West-Europa. Niet alleen om economische, culturele en politieke redenen, maar ook om geostrategische.

Het grootste strategische probleem van Rusland ligt niet in het westen, maar in het oosten, bij de duizenden kilometers lange grens met China. De Chinese bevolking is tienmaal zo groot als die van Rusland, de Chinese economie is achtmaal groter dan de Russische. Siberië is dun bevolkt, herbergt enorme voorraden grondstoffen, en wat als een toekomstig Chinees regime besluit dat het de ruwweg half miljoen Chinezen in Siberië daadwerkelijk gaat beschermen tegen verdere uitbuiting en ernstige discriminatie van Russische kant?

Het overkoepelende oorlogsdoel van Rusland is het volledig ongedaan maken van de Oekraïense onafhankelijkheid

Het constateren van deze feiten is van belang om het hoofd te bieden aan de propaganda waarin voortdurend beweerd wordt dat Oekraïne en ‘het Westen’ op het punt stonden en staan Rusland aan te vallen, een geheel ongeloofwaardige stelling waarvoor elk concreet bewijs ontbreekt, maar die ook in Westerse landen, vooral in rechtse kringen van Putinversteher, aanhangers heeft.

De lessen van Neurenberg

Er is nog een reden voor deze constateringen. Tijdens het tribunaal van Neurenberg in 1946 was de hoofdaanklacht tegen de kopstukken van de Duitse nazi-elite die daar terechtstonden het beramen en lanceren van agressieve oorlogvoering tegen een serie vreedzame landen. Sindsdien is dat binnen het internationale recht een misdrijf. Halverwege maart van dit jaar heeft het Internationale Hof van Justitie van de Verenigde Naties (ICJ) Rusland daarvoor dan ook veroordeeld en het land opgeroepen de oorlog onmiddellijk te staken en zijn troepen terug te trekken.

De Russische Federatie heeft hetzelfde te horen gekregen van ruim twee derde van de 193 leden van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Ook tal van staatshoofden en andere leiders hebben het land opgeroepen de oorlog te beëindigen. Daarnaast hebben Westerse landen een fors pakket sancties uitgevaardigd, is Rusland uit de VN Mensenrechtenraad gezet, is het onder druk opgestapt uit de Raad van Europa en heeft het het reguliere diplomatieke en militaire overleg met de NAVO afgebroken.

Tot nu toe heeft de Russische politieke elite alle internationale veroordelingen en oproepen genegeerd en naast zich neer gelegd. Dat toont onder meer aan hoezeer het regime in de ban is van het najagen van de eigen ideologische hersenschimmen en ook hoever het zich verwijderd heeft van politiek realisme en van de spelregels van de internationale politieke en economische wereldorde, zoals onder meer vastgelegd en belichaamd in het statuut en de organisaties van de Verenigde Naties.

oekraine verzet cherson foto youtube unianProtesten tegen de Russische bezetting, hier in Cherson, worden met geweld onderdrukt (foto twitter)

Hier en daar is dan ook al geopperd dat de Russische federatie zijn permanente lidmaatschap en vetomacht in de VN-Veiligheidsraad politiek en moreel verspeeld heeft en daaruit verwijderd dient te worden. Er zijn voldoende andere kandidaten voor de dan vrijkomende plaats, van Japan en India tot Duitsland en Brazilië.

Schatplichtig aan Trotski

Waarom beweert het Russische regime voortdurend dat het ‘existentieel’ bedreigd wordt, terwijl daarvoor geen aanwijsbare gronden zijn? De Russische leiders staan niet bekend om hun intellectuele ontwikkeling of historische kennis, maar ze lijken, wellicht ongeweten, schatplichtig aan een doctrine van Trotski die hij formuleerde in 1917, nog vóór de bolsjewistische staatsgreep van oktober, en die wat later ook door Lenin werd uitgedragen.

Offensieve acties van de kant van de bolsjewieken – destijds politiek een kleine minderheid – waren zeker gewenst, maar dienden altijd voorgesteld te worden alsof het een verweer betrof tegen een ernstige dreiging van een andere en potentieel machtiger partij. Dat zou mobiliserend werken op de eigen achterban, sympathie en nieuwe aanhang kunnen wekken in ruimere kring binnenslands en op begrip kunnen rekenen in het buitenland. Was er geen feitelijke dreiging te bekennen, dan diende die bij elkaar verzonnen te worden en via propaganda als reëel te worden gepresenteerd.

Deze politieke tactiek had nog twee ‘voordelen’: de eigen agressieve en gewelddadige acties waren bij voorbaat gelegitimeerd – het ging immers om verweer tegen ernstige bedreiging door anderen? – en het ontsloeg de bolsjewieken van elke vorm van kritische zelfreflectie omtrent de eigen gewelddadigheid – ze konden immers niet anders gezien de kwaadaardige intenties van anderen? De schuld lag altijd bij anderen en verder kon alles en bovenal de eigen verantwoordelijkheid  ontkend worden.

Het grootste strategische probleem van Rusland ligt niet in het westen, maar in het oosten, bij China

Dit patroon van politiek denken en handelen is zeker niet exclusief voorbehouden aan Russische politici, maar het is onmiskenbaar typerend voor het optreden van het huidige Russische regime tegenover Oekraïne en voor de onversneden oorlogspropaganda die de Russische staatsmedia dagelijks verspreiden.

Slachtofferaantallen schatten moeilijk

De gewelddadige destructie die de afgelopen vijf maanden is aangericht is zeer aanzienlijk. Zoals altijd bij oorlogen zijn betrouwbare gegevens moeilijk te verkrijgen, maar enkele grove ramingen en schattingen zijn wel mogelijk. Om met het belangrijkste te beginnen: het verlies aan mensenlevens. Volgens het Oekraïense leger en het ministerie van Defensie zouden, blijkens de geregelde overzichten die in The Kyiv Independent worden gepubliceerd, inmiddels ruim 37.000 soldaten en officieren van het Russische leger gesneuveld zijn. Het Russische ministerie van Defensie maakt er niets over bekend en mogelijk is dit aantal te hoog, maar 25.000 is geloofwaardig. Passen we daarop de regel toe die voor elke gedode soldaat twee gewonden rekent – dus omstreeks 50.000 gewonden – dan zouden inmiddels 75.000 manschappen van de oorspronkelijke invasiemacht uitgeschakeld zijn, ruim 60%.

Uiteraard liggen achter deze cijfers even zoveel individuele drama’s en trauma’s verborgen. Verondersteld dat elk van deze mannen thuis tenminste 10 anderen kende – familie, collega’s, buren, vrienden en bekenden – dan hebben zo’n driekwart miljoen Russische staatsburgers intussen directe negatieve ervaringen met de oorlog: geliefden of bekenden zijn gedood, verwond of invalide geworden.

Veel van de Russische gesneuvelden en gewonden zijn gevallen in de eerste fase van de invasie die voor de aanvallers op een catastrofe is uitgedraaid. Strategisch, tactisch, operationeel en logistiek heeft het Russische leger ernstig gefaald. Hoofdzakelijk door het vastberaden en sterke verzet van de Oekraïense strijdkrachten, maar zeker ook door een klassieke militaire fout aan Russische kant: grotelijkse overschatting van de eigen kracht gekoppeld aan ernstige onderschatting van de kracht van de tegenstander.   

Oekraïense aantallen

In de beginfase van een oorlog zijn de verliezen aan de kant van de aanvallers veelal groter dan aan de kant van de verdedigers. Het Oekraïense leger doet er geen mededelingen over, maar het is niet onrealistisch te veronderstellen dat aan Oekraïense kant in de eerste vijf maanden zo’n 20.000 soldaten zijn gesneuveld en er mogelijk dus 40.000 gewond zijn geraakt. Ook hier veronderstellend dat elk van de betrokkenen 10 anderen kende, dan heeft meer dan een half miljoen Oekraïense burgers een geliefde, vriend of bekende te betreuren.

oekraine zelenski met minister van defensiePresident Zelenski met zijn minister van Defensie Oleh Reznikov (foto presidentiële administratie)

Inmiddels zijn aan beide kanten ook enkele duizenden militairen vermist en zijn meerdere duizenden krijgsgevangenen gemaakt. Er is niet veel over bekend, maar de behandeling van de laatstgenoemden lijkt veeal miserabel – er is ook bewijs van enkele gevallen van moord op krijgsgevangenen nadat betrokkenen zich hadden overgegeven. Ook worden soms groepen krijgsgevangenen uitgewisseld en lichamen van gesneuvelde soldaten overgedragen.

Geschat hebben zo’n driekwart miljoen Russische staatsburgers intussen gedode, verwonde of invalide geworden geliefden of bekenden te betreuren

Aan Russische zijde zijn incidenteel enkele burgers gedood bij Oekraïense acties, maar omgekeerd zijn relatief veel Oekraïense burgers – non-combattanten – gedood en gewond door Russisch geweld. Naar schatting omstreeks 25.000 mensen – mannen, vrouwen en kinderen. Zij zijn niet alleen omgekomen of gewond geraakt door bombardementen en raket-, tank- en artilleriebeschietingen van open steden en dorpen, maar ook door direct plaatselijk geweld van Russische bezetters.

Er zijn al vele ‘Boetsja’s’ te betreuren. Delen van de bezettende Russische troepen gedragen zich als bandieten: ze plegen willekeurige moorden, maken zich schuldig aan ontvoering, marteling en (groeps)verkrachting, ze verwoesten, stichten brand, ze plunderen en roven. Dat duidt niet alleen op ernstig tekortschietende militaire discipline onder de soldaten, maar vermoedelijk ook op medeplichtigheid van lagere en hogere officieren. En misschien ook op kwaadaardige orders van hogerhand.

Uiteraard blijft Rusland almaar ontkennen dat het civiele doelen aanvalt, maar uit het daadwerkelijke gedrag van de Russische strijdkrachten blijkt dat zij van meet af aan amper onderscheid hebben gemaakt tussen civiele en militaire doelen en beide gelijkelijk attaqueren. Op grote schaal zijn onder meer woningen, winkelcentra, flatgebouwen, scholen en ziekenhuizen aangevallen. Het intimideren en terroriseren van de Oekraïense burgerbevolking is net zo belangrijk voor de Russische aanvallers als het uitschakelen van militaire doelen. Dat blijkt ook uit de met geweld afgedwongen verplaatsing van grote aantallen Oekraïense staatsburgers naar Russisch territorium en de gewelddadige praktijken in de zogeheten ‘filtratiekampen’.

Wat militair materieel betreft, zijn er weinig betrouwbare gegevens voorhanden. Duidelijk is wel dat Rusland intussen grote aantallen tanks en andere pantservoertuigen, vrachtwagens, kanonnen, vliegtuigen en helicopters heeft verloren. Het gaat om zeer zware verliezen aan materieel, die het land ook niet op korte termijn uit voorraden kan aanvullen of vervangen door nieuw materieel. In Oekraïne worden de kosten voor herstel van de verwoeste civiele materiële infrastructuur van het land momenteel geraamd op 600 à 700 miljard dollar.

Aanslag op de internationale orde

Naast deze omvangrijke verliezen aan mensenlevens van soldaten en burgers, aan militair materieel en in andere materiële opzichten, is de Russische aanvalsoorlog ook een directe aanslag op de huidige internationale orde. De oorlog heeft binnen Europa en wereldwijd ernstig destabiliserende en ontwrichtende gevolgen. Willens en wetens heeft het Russische regime een reusachtige vluchtelingenstroom van miljoenen mensen geschapen – wat het regime in en na 2015 ook gedaan heeft in Syrië – en onder meer een omvangrijke energie- en wereldvoedselcrisis uitgelokt.

De meeste Westerse landen hebben zich politiek, financieel-economisch, met stevige sancties tegen Rusland en de levering van militair materieel, in meerdere of mindere mate achter Oekraïne geschaard, zij het soms schoorvoetend. Voor Oekraïne is al deze hulp en bijstand van vitaal belang om stand te kunnen houden in de strijd met een vijand die in principe beschikt over een veel grotere mankracht en vuurkracht. Westerse politieke leiders putten zich uit in  solidariteitsverklaringen, ze betogen, in woorden van de Duitse bondskanselier Scholz, dat ‘Poetin deze oorlog niet mag winnen’ en dat zij ‘Rusland verantwoordelijk zullen houden’.

In dat kader is recent ook aandacht besteed aan juridische en strafrechtelijke kanten van de oorlog. Vanaf het begin heeft het Russische regime zich niets gelegen laten liggen aan het internationale oorlogsrecht: het beginnen van de agressieve oorlog tegen Oekraïne kan gelden als het grootste overkoepelende misdrijf. Daarbinnen gaat het om drie internationaal strafbare misdrijven: oorlogsmisdaden, misdaden tegen de mensheid en genocide. Volgens het Oekraïense ministerie van Justitie zijn bij de hoofdaanklager inmiddels meer dan 21.000 zaken aangebracht van vermoedelijke oorlogsmisdaden. Bij nader onderzoek zal blijken dat een aantal van deze zaken ook kunnen gelden als misdaden tegen de mensheid.

Ook een aanklacht tegen Rusland wegens genocide lijkt zeer wel tot de mogelijkheden te behoren

Genocide is een veel misbruikt woord, maar uitgaande van de internationaal erkende juridische betekenis, zoals vastgelegd in de Genocideconventie, lijkt op het eerste gezicht ook een aanklacht wegens genocide tegen het Russische regime zeer wel mogelijk. De gedwongen overbrenging van enkele honderdduizenden Oekraïense kinderen naar Rusland, waar ze ‘herdoopt’ worden tot ‘Russen’ en terechtkomen in Russische weeshuizen of ter adoptie worden aangeboden aan Russische echtparen, zal daarbij waarschijnlijk zwaar wegen. Het is een van de vijf handelingen die als ‘genocide’ gelden.

 oekraine partizanen met dronesOekraïense partizanen gebruiken drones om de Russische troepen te bespioneren en te attaqueren

Het inperken van straffeloosheid, het verantwoordelijk houden, opsporen en berechten van daders van oorlogsmisdrijven zijn wereldwijd van groot belang – zeker ook in het geval van deze oorlog. Maar een realistische beoordeling van de situatie vereist ook het onder ogen zien van enkele grote belemmeringen. Het Internationale Strafhof (ICC) is een eigen onderzoek gestart en achttien landen hebben Oekraïne daadwerkelijke forensische en juridische hulp toegezegd, maar gedegen onderzoek van zo’n grote hoeveelheid zaken zal jaren vergen. Goed gefundeerde aanklachten zijn op zijn vroegst pas over twee of drie jaar te verwachten en de rechtsgang zelf zal daarna zeker nog jaren in beslag nemen.

Voorts valt niet te verwachten dat Rusland mee zal werken, tenzij daar een fundamentele verandering van regime plaatsvindt. Het huidige Rusland is geen democratie en geen rechtsstaat, het erkent de jurisdictie van het ICC niet, laat staan Oekraïense jurisdictie, en het levert geen onderdanen uit. Tot slot zij erop gewezen dat berechting van oorlogsmisdrijven per definitie achteraf plaatsvindt. Het levert geen directe bijdrage aan het voorkomen van wandaden en kan niet fungeren als middel om oorlogshandelingen tot stilstand te brengen. 

Het voorgaande overziend kan geconcludeerd worden dat de redeloze agressieve oorlog van Rusland tegen Oekraïne na vijf maanden omvangrijke vernietiging, verwoesting en ontwrichting teweeg heeft gebracht. Rusland heeft niets te zoeken in Oekraïne. Het heeft er ook niets te brengen: nergens zijn de zelfverklaarde ‘bevrijders’ met brood, zout en enthousiasme verwelkomd, ook niet door de Russischtalige bevolking van Oekraïne. Toch wijst tot nu toe niets erop dat het Russische regime bereid is in te binden. Integendeel, het regime escaleert de oorlog stukje bij beetje.

Daarom dienen Westerse landen in de nabije toekomst, indien Oekraïne daarmee instemt, maatregelen te nemen om Oekraïne meer en beter te beschermen tegen verdere destructie en de Russische machtsarrogantie in te perken. Daarbij gaat het uitdrukkelijk niet om oorlog tegen de Russische federatie – het gros van de gewone Russische bevolking staat vermoedelijk niet achter de huidige oorlog en draagt amper verantwoordelijkheid voor het handelen van het regime – maar om de activiteiten van Russische strijdkrachten in het buitenland – in casu Oekraïne – in te tomen.

Twee ‘speciale militaire maatregelen’ verdienen overweging. Ten eerste het instellen en militair handhaven van een ‘no-fly zone’ boven Oekraïne ten westen van een lijn die van noord naar zuid loopt, van iets ten oosten van Charkov via Zaporizja naar iets ten oosten van Cherson tot aan de Zwarte Zee. Dat kan de Oekraïense bevolking ten westen van die lijn de benodigde veiligheid bieden voor een normaal bestaan, grote aantallen vluchtelingen de gelegenheid geven naar huis terug te keren en een begin van effectieve wederopbouw mogelijk maken.

De tweede maatregel kan bestaan uit het sturen van een stevig eskader oorlogsschepen naar de Zwarte Zee, dat deels voor anker kan gaan voor Odessa ter bescherming van de regio en deels de schepen met graan uit de Oekraïense havens kan escorteren zodat de dreigende wereldvoedselcrisis afgewend kan worden.

Het nemen van die maatregelen vereist politieke en militaire moed en is niet zonder risico’s, maar het voorkomen van verdere destructie en ontwrichting verdient de voorkeur boven berechting van wandaden achteraf.

Dr. Ton Zwaan was tot zijn pensionering als universitair hoofddocent ‘sociale wetenschap en genocidestudies’ verbonden aan de UvA en het NIOD. In 2004 is hij opgetreden als getuige-deskundige inzake genocide voor het Joegoslaviëtribunaal (ICJ) in de zaak-Milosevic, in 2021 heeft hij dezelfde functie vervuld voor het Uyghur Tribunal in Londen.

  

Wekelijkse update?

Iedere donderdag uitgelichte artikelen in uw mailbox

Eerst doorlezen? U kunt zich ook later aanmelden via de home pagina.

Als u in uw browser de cookies blokkeert, ziet u deze popup steeds weer. Daarvoor excuus.